Einde culturele broedplaats Amersfoort stuit op verzet

De War is vooral bekend van het in aanbouw zijnde Knopjesmuseum, gericht op de wereld achter de techniek. "Onze mailbox zit iedere morgen vol met steunbetuigingen", zegt Diana Wildschut, mede-eigenaar van De War. Ook buurtbewoners en andere sympathisanten lopen regelmatig het kantoor binnen om hun steun uit te spreken.

De War startte in 2002, toen het kunstenaarscollectief de Spullenmannen zijn intrek nam in het gebouw. Later werd het terrein uitgebreid met onder meer een Repair Café waar kapotte spullen worden gerepareerd. Begin dit jaar zou het Knopjesmuseum de deuren openen, een dag voor de officiële opening werd dit museum grotendeels verwoest door een brand.

Een

voor het museum heeft ruim 22.000 euro opgebracht, voldoende om de boel weer op te bouwen. Ook burgemeester Lucas Bolsius was die avond aanwezig om het museum een hart onder de riem te steken. Herman Zijp, een van de bekdenkers van het Knopjesmuseum, heeft dan ook geen goed woord over voor de verkoop van het terrein. "Er wordt bezuinigd op cultuur, innovatie en wetenschap. Dan is er één plek in de stad waar mensen dit zonder subsidie zelf oppakken en dan wil je daar niet mee in zee. Ik kan daar niet bij."

Wethouder Hans Buijtelaar van Vastgoed bestrijdt dat de gemeente geen geld over zou hebben voor cultuur. "Er is over de hele linie bezuinigd. Niet alleen op cultuur maar ook op allerlei andere zaken. Ik heb niet de indruk dat de bezuiniging specifiek op De War is losgelaten." Volgens hem heeft de gemeente bewust gekozen voor dit nieuwbouwproject waarin ook ruimte blijft om De War op kleinere schaal te huisvesten.

Betrokkenen hebben twee weken de tijd om bezwaar te maken. Op 11 oktober buigt de gemeenteraad zich over het plan. Voorafgaand hieraan houden sympathisanten van de culturele broedplaats een parade naar het stadhuis.