Vijf vragen over Utrechtse plofkrakers: "Het zijn goed georganiseerde daders"

UTRECHT - Na een periode van relatieve rust was het vanochtend weer raak: Utrechtse plofkrakers sloegen toe in Duitsland. Ze gingen daarna op de vlucht en reden hun auto uiteindelijk total loss op het Anne Frankplein in Utrecht.
Vooral dat laatste feit is bijzonder want voor het eerst is er duidelijk bewijs van de route die de Utrechters hebben afgelegd: vanaf de plek van het misdrijf tot de plek waar ze vandaan komen en mogelijk wonen. Maar hoe kan het dat deze bende al zo lang actief is? Vijf vragen over de Audi-bende op een rijtje.
HOE GROOT IS DE AUDI-BENDE?
Het gaat om een groep die inmiddels is uitgegroeid tot 300 personen. Een aantal jaren geleden maakten zo'n 150 jongeren nog deel uit van de bende. De meesten zijn van Noord-Afrikaanse afkomst.
De leden van de groep zijn bijna allemaal tussen de 20 en 30 jaar oud en komen vooral uit Utrecht en Amsterdam. Het is nog steeds onduidelijk waarom veel van de plofkrakers een Utrechtse link hebben.
Het is verkeerd om te denken dat de plofkrakers als één gecoördineerde organisatie samenwerken. De Audi-bende opereert in losse zelfstandige groepjes. Ze kunnen daardoor snel te werk gaan en zijn goed op elkaar ingespeeld omdat iedereen zijn eigen rol heeft.
Zo zijn er mensen die de vluchtauto regelen, meestal door een auto te stelen. Ook zijn er bendeleden die als chauffeur fungeren en specialisten binnen de groep die de pinautomaat opblazen en de daarvoor benodigde explosieven regelen.
WAAROM HETEN ZE DE AUDI-BENDE?
Daar is een simpele verklaring voor: de plofkrakers gebruiken altijd dure gestolen auto's en hebben daarbij een voorliefde voor Audi's. Dat viel de Duitse politie ook op, en daarom bedachten onze oosterburen al snel de naam Audibende.
WAAROM PAKKEN ZE ALTIJD EEN AUDI OM TE VLUCHTEN?
Audi's zoals bijvoorbeeld de onder plofkrakers geliefde Audi RS4 zijn heel snel en zijn voorzien van vierwielaandrijving. Volgens Frank Jacobs, autojournalist bij Autoweek, hebben veel andere luxe auto's die opties niet.
Volgens de autokenner hebben de leden van de bende daarom een voorkeur voor deze auto's: "Ze zijn zo ontzettend snel en ze kunnen makkelijk wedijveren met een Porsche. Ze zijn alleen een stuk praktischer, je hebt meer ruimte in de auto. En je springt er makkelijker in en uit".
Volgens RTV Utrecht-verslaggever Peter Huting heeft het ook te maken met de auto's waarin rechercheurs en agenten rijden. "De regionale politie rijdt voornamelijk in Volkswagen Tourans en de Landelijke Eenheid rijdt in Volvo's. Die auto's gaan nooit de snelheid van een snelle Audi redden. Zelfs de verkeerspolitie, die met snelle onopvallende wagens rijdt, houdt ze niet bij. Daarbij komt dat de politie minder grote risico's neemt dan de vluchtende plofkrakers."
Dat de achtervolgende auto's de verdachten uit het oog verliezen, is daarom ook niet heel gek. Dat maakt de inzet van een helikopter zo belangrijk. Daar heeft de Nederlandse politie er acht van. Huting: "De topsnelheid van de meestgebruikte helikopter is ongeveer 260 kilometer per uur. Maar de helikopter heeft geen last van de verkeerssituatie op de grond en kan dus in een rechte lijn achter de criminelen aanvliegen."
WAAROM GAAN DE PLOFKRAKERS NAAR DUITSLAND?
Ze gaan vaak naar Noordrijn-Westfalen en Nedersaksen, omdat die Duitse deelstaten aan de Nederlandse grens liggen. Na het plegen van een plofkraak zijn de daders dus lekker snel weer thuis.
De Duitse banken zijn ook vaak het slachtoffer omdat ze simpelweg minder goed beveiligd zijn dan Nederlandse banken. Het slagingspercentage bij de Duitse banken ligt rond de vijftig procent. Volgens de Duitse krant Welt am Sonntag vinden Duitse banken het ombouwen van hun geldautomaten te omslachtig of te kostbaar. Soms is de buit daarom 100.000 euro of meer.
Kortom, er komt geen einde aan het kat- en muisspelletje tussen plofkrakers en verschillende instanties. Het blijft eenvoudig en makkelijk geld verdienen voor de plofkrakers en dat frustreert de politie.
"Het zijn goed georganiseerde daders. Misschien is het geen georganiseerde criminaliteit, maar het zijn wel professionals", aldus Thomas Jungbluth van de Duitse politie tegen EenVandaag.
WIE IS VERANTWOORDELIJK VOOR DE OPSPORING?
In Nederland is er een ram- en plofkraakeenheid actief bij de politie. Die maakt onderdeel uit van de Nationale Politie en staat onder leiding van politiechef Aart Garssen.
Tegen de NRC vertelde Garssen eerder deze week dat er 70 rechercheurs fulltime met dit onderwerp bezig zijn. Die agenten werken nauw samen met het Openbaar Ministerie en de banken.
De banken springen zelf ook continu in op de laatste trends onder plofkrakers, door het nemen van nieuwe maatregelen.
De Nederlandse politie heeft een goede samenwerking met de Duitse collega's. "Als er iets gebeurt in Duitsland is er direct contact, zodat gelijk de grenzen afgesloten kunnen worden om te zorgen dat we die gasten zo snel mogelijk kunnen pakken", aldus politiewoordvoerder van de Landelijke Eenheid Thomas Aling, in een eerder interview.

Een reconstructie van de laatste plofkraak

Heb je een tip of opmerking? Stuur ons je nieuws of foto via WhatsApp of mail.