De J. moet zelf bewijzen hoeveel geld hij leende van Everink

De voormalig tenniscoach wordt ervan verdacht dat hij Everink om het leven heeft gebracht. Een gokschuld was volgens het Openbaar Ministerie het motief. De J. hangt daarom een jarenlange celstraf boven het hoofd, maar daarnaast hebben ook de erven van Everink een zaak tegen hem aangespannen.

Zij willen het geld terug dat De J. leende van Everink. Het gaat volgens hen om 26.050 euro die hij van Everink persoonlijk leende en 43.400 euro geleend door het bedrijf van Everink.

De J. heeft toegegeven dat hij geld leende van Everink, maar het bedrag is volgens hem veel lager. Hij zou een deel al hebben terugbetaald en zegt daarnaast dat hij nieuwe afspraken maakte met Everink. Hij moet nu van de rechtbank zelf met bewijzen daarvoor komen.

De J. betoogde daarnaast voor de rechter dat Everink misbruik maakte van zijn gokverslaving en dat de leningen daarom nooit gesloten hadden mogen worden. Daar heeft hij vandaag gelijk in gekregen van de rechter.

"Everink had moeten begrijpen dat hij door zijn gokverslaving, in combinatie met zijn beperkte financiële middelen, is bewogen tot het afsluiten van de twee leningsovereenkomsten. Everink had dat daarom niet moeten doen", stelt de rechtbank.

De rechtbank heeft daarom besloten dat de leningovereenkomsten met terugwerkende kracht niet meer bestaan. Dat betekent dat de afspraken die Everink en De J. maakten, niet meer gelden.

Zo was een van de voorwaarden die Everink stelde dat de ouders van De J. garant zouden staan. Mocht De J. niet op tijd terugbetalen, dan kon Everink aankloppen bij zijn ouders. Dit soort afspraken zijn nu komen te vervallen door de beslissing van de rechtbank.

De schuld van De J. is daarmee niet weg, die blijft gewoon staan. Hoeveel geld hij nu terug moet betalen aan de erven van Everink is nog onduidelijk.

De volgende stap is dat de voormalige tenniscoach met bewijzen komt voor de hoogte van het bedrag. Daarna gaat de rechtbank zich opnieuw over de zaak buigen.