Mees moet korte metten maken met rupseninvasie in Utrecht en Amersfoort

© Utrecht / Amersfoort
UTRECHT/AMERSFOORT - Wie kent ze niet: de jaarlijkse berichten over de eikenprocessierups en de rood-witte linten om bomen. Het beestje is berucht om zijn brandharen. Die kunnen ernstige klachten geven, zoals jeuk en last van de ogen en luchtwegen. Utrecht en Amersfoort gooien het over een andere, ecologische boeg bij de bestrijding: mezen moet de rupsen gaan opeten.
De eikenprocessierups is de rups van een nachtvlinder. Op een groot aantal eikenbomen in vrijwel geheel Nederland kan je in de maanden mei, juni en juli behaarde rupsen aantreffen.
Utrecht is al bezig met de bestrijding. In het voorjaar hangt de gemeente zo'n 120 vogelkasten op, op twee plekken in de stad: aan de Zandlaan en de Brailledreef/Loevenhoutsedijk. De kasten blijven drie jaar hangen. "Samen met studenten monitoren en onderhouden we de kasten en maken we ze tussentijds schoon."

METHODES

Andere bestrijdingsmanieren in Utrecht zijn het zo vroeg mogelijk wegzuigen van de nesten. "En we bespuiten jaarlijks een aantal plekken in de stad waar de eikenprocessierups vaak opduikt. Het wegzuigen van nesten kost namelijk veel tijd. Ook blijven er altijd wel brandharen achter op de plek van het nest."
De gemeente gebruikt naar eigen zeggen een middel dat ook is goedgekeurd voor biologische landbouw. Het wordt met een spuit in de boom geblazen. Voor mensen en andere dieren kan het geen kwaad.

AMERSFOORT

In Amersfoort neemt het aantal eikenprocessierupsen al jaren toe, met een flinke piek in 2018. Ook hier start een proef van drie jaar om de rupsen ecologisch aan te bestrijden. Dat gebeurt in vier gebieden in het noorden en westen van de gemeente.
"De huidige aanpak bestaat uit het wegzuigen van de nesten met rupsen. Met andere woorden: als het probleem er is, doen we er wat aan. Door al eerder in de levenscyclus van de rups in te grijpen hopen we dat er minder rupsen uitgroeien tot vlinders, zodat uiteindelijk de overlast afneemt."
De proef richt zich volgens de gemeente op het verbeteren van de leefomstandigheden van vogels, insecten en vleermuizen die de larve, rups en vlinder opeten. "Ook zetten we in besmette eiken larven van de gaasvlieg en het tweestippelig lieveheersbeestje uit. Zij voeden zich met de eitjes en larven van eikenprocessierups."

MEZENKASTJES

In het volgend stadium, het bestrijden van de rups zelf, zet de gemeente in op het vergroten van het aantal mezen in het proefgebied. "Dat doen we met het ophangen van circa 140 mezenkastjes."
De driejarige proef vindt plaats in gebieden waar niet al te veel fiets- en voetverkeer wordt verwacht en de kans op verstoring van de vogel- en vleermuispopulaties minder groot is.
 "Gedurende het seizoen worden deze gebieden regelmatig gecontroleerd. In het najaar wordt een vlindertelling uitgevoerd door het zetten van hormoonvallen. Aan het begin en eind van het proefgebied wordt voor bezoekers en passanten een bord geplaatst met informatie over de proef."

Heb je een tip of opmerking? Stuur ons je nieuws of foto via WhatsApp of mail.