Terrorismedeskundigen kritisch op communicatie bij aanslag

© André Blom Fotografie
UTRECHT - Terrorismedeskundigen prijzen de relatief snelle arrestaties en het sterke optreden van de hulpdiensten bij de aanslag in Utrecht. Maar ze zijn ook kritisch: autoriteiten spraken elkaar regelmatig tegen en een NL-alert werd laat verstuurd.
Dat zeggen verschillende deskundigen tegen de NOS. Als voorbeeld wordt de persconferentie van Pieter-Jaap Aalbersberg genoemd, de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid. Hij zei dat er op meerdere plekken was geschoten. Het bleek te gaan om één plek, het 24 Oktoberplein, zoals de politie zei.
"Zowel in het echt, maar ook in de beleving maakt het ontzettend uit of we uitgaan van één geïsoleerd incident of dat er op verschillende plekken in de stad iets aan de hand is. Dat geeft een totaal ander beeld", zegt universitair docent Jelle van Buuren.
RTV Utrecht
Ook RTV Utrecht merkte dat de communicatie laat op gang kwam. De zender werd pas na het NL-Alert gevraagd om op te treden als calamiteitenzender. En dan alleen om de oproep van burgmeester Jan van Zanen om binnen te blijven te delen. Dat gebeurde pas even voor 15.00 uur.
Gisterochtend maakte Van Zanen een fout door te zeggen dat twee verdachten waren vrijgelaten, terwijl dit niet zo was. De politie sprak Van Zanen tegen, waarna hij ervan moest terugkomen.
"Dat was gewoon heel onhandig", reageert onderzoeker Jeanine de Roy van Zuijdewijn van de Universiteit Leiden. "Zeker omdat er zoveel geruchten waren, dan moet je zorgen dat je heel helder de feiten communiceert. Een goede crisiscommunicatie blijkt lastig en er kan heel snel verwarring ontstaan. Ik denk dat de autoriteiten over een tijd kritisch moeten terugkijken op hoe dat beter kan."
Volgens Van Buuren hebben de fouten te maken met de dynamiek van de dag, en komen ze vooral door de vele verschillende partijen: de NCTV, gemeente en burgemeester, politie, Openbaar Ministerie, Den Haag.
"Dan krijg je snel vijf verhalen die bijna hetzelfde zijn maar op een paar punten toch net iets anders." Zoals 'we sluiten een terroristisch motief niet uit' (NCTV), 'we houden rekening met een terroristisch motief' (politie) en 'we gaan uit van een terroristisch motief' (burgemeester), wat allemaal werd gemeld vóórdat hoofdverdachte Gökmen T. werd opgepakt. "Dat zijn net belangrijke accentverschillen."

HANDELEN HULPDIENSTEN

Los van de communicatie, zijn beide deskundigen te spreken over het handelen van de diensten na de aanslag. "Zo waren de hulpdiensten snel ter plekke en was de opsporing adequaat en relatief snel", zegt De Roy van Zuijdewijn.
Ook vinden ze het een goede beslissing dat het dreigingsniveau naar 5 ging, het hoogste niveau, onder meer gezien de voortvluchtige verdachte of verdachten.

Heb je een tip of opmerking? Stuur ons je nieuws of foto via WhatsApp of mail.