Westbroek over de bloemetjes en de bijtjes
PROVINCIE UTRECHT - In onze regio zijn veel fruittelers. Denk maar aan alle boomgaarden vol appels, peren, pruimen en kersen. Al dat fruit wordt bevrucht door - inderdaad - bijen. Maar de periode waarin die bevruchting plaats moet vinden, veranderd nog weleens de laatste jaren. Door klimaatverandering is het het ene voorjaar steenkoud en kent het andere voorjaar een periode van een paar bloedhete dagen. Dat bij elkaar maakt de periode waarin bijen succesvol een boomgaard kunnen bestuiven korter.
PLATTE PEREN
Vandaag spreekt Henk in een perenboomgaard in 't Goy af met Boki Luske van het Louis Bolk Instituut - een kennisinstituut voor duurzame landbouw. Boki onderzoekt of het inzetten van andere bijensoorten helpt bij het krijgen van een betere bestuiving. Krijg je bij de bevruchting bij mensen wel of geen kind, bij peren zit het net wat anders. De bevruchting kan ook 'een beetje' lukken. Bij zo'n slechtere bevruchting krijg je kleine en vlakke peren, terwijl bij een goede bevruchting de peer lekker groot en rond is.
LEKKER WOLLIGE BIJEN
Normaal worden in boomgaarden de traditionele honingbijen in korven gehouden. Honingbijen zijn kleine, niet echt behaarde, nette bijen. Ze bewaren het stuifmeel in een soort zakjes aan hun achterpoten en knoeien weinig. Klinkt goed, toch? Dat 'nette' maakt alleen ook dat ze nooit 'per ongeluk' bestuiven en daardoor minder bloemen bevruchten. Het Louis Bolk Instituut begon daarom dit jaar met een proef met lekker dikke slordige wollige bijen: solitaire metselbijen.
Boki legt uit: "Deze bijen zijn heel behaard en het stuifmeel blijft zo aan ze plakken. Terwijl ze van bloem naar bloem vliegen bestuiven ze 'per ongeluk' meer bloemen."
EEN GOEDE BESTUIVING HERKENNEN
Een écht goed gelukte bestuiving leert Henk herkennen door goed te kijken naar de peer. "Ik wist niet dat er zoveel verschil in zat!", zegt Henk terwijl hij een peer doorsnijdt. "Het gaat niet alleen over de grootte, maar ook over bijvoorbeeld hoeveel pitjes er in het klokhuis zitten en wat voor vorm hij heeft!"
Het onderzoek van Boki duurt nog enkele jaren.