'Het leed dat is aangedaan is zo indringend groot', een terugblik op de tramaanslag in Utrecht

UTRECHT - "Dit is zo'n gebeurtenis met zoveel impact, daar spreek je nog lang over." Sander Komijn, hoofd ambulancezorg van RAVU haalt met gemak 18 maart 2019 terug, de dag van de tramaanslag in Utrecht. Ook Liesbeth Maas, districtschef van de politie in Utrecht heeft de gebeurtenissen nog helder voor ogen. Op de dag dat Utrecht stilstond, kwamen zij juist in actie.
Sander Komijn, hoofd ambulancezorg Ravu en Liesbeth Maas districtschef Utrecht van de politie
Sander Komijn, hoofd ambulancezorg Ravu en Liesbeth Maas districtschef Utrecht van de politie © RTV Utrecht
De dag begon voor Sander Komijn (59) zoals veel maandagen, met een overleg met de afdeling planning. "Een rustig gesprek, niks aan de hand. Ineens een melding van de meldkamer. Een schietincident, een groot schietincident met mogelijk een flink aantal slachtoffers. Alle alarmbellen gingen af."
Ook Liesbeth Maas (45), districtschef stad-Utrecht van de politie, zat in een overleg. "Er was een soort heidag, een collega had piketdienst en neemt de telefoon op. Ik zie hem nog terug komen in het zaaltje. 'Schietincident, tenminste één dode, meerdere gewonden in en buiten de tram, verdachte(n) nog voortvluchtig.' Bij ons gaan de raderen direct draaien. Hiervoor hebben we getraind en nu wordt dan alles in gang gezet. Maar er was nog veel onduidelijk. Hoeveel schutters zijn er? En de man of vrouw is nog voortvluchtig. Dus er schieten meteen drie prioriteiten door je hoofd: hulp aan slachtoffers, voorkomen dat er meer slachtoffers vallen en die schutter(s) moeten we pakken."
In Bilthoven start Sander de crisiscoördinatie bij de RAVU. "Toevallig was één ambulance in de buurt. Die collega's werkten in een flat vlakbij het 24 Oktoberplein. Zij hadden echt zicht op de plek, zagen mensen wegrennen. Maar ze wisten ook dat ze nog geen hulp konden bieden, dat kon pas nadat het gebied veilig werd verklaard door de politie."
Agenten zijn al snel ter plaatse.
Agenten zijn al snel ter plaatse. © AS Media
Toegesnelde agenten verlenen eerste hulp, maar op datzelfde moment start ook de zoektocht naar de dader. "Het was ook nog onduidelijk hoeveel schietpartijen er nu eigenlijk waren. Eén van de gewonden was namelijk bij een voorbijganger in de auto gestapt: 'Weg hier'. Mijn collega's vonden die auto op de Beneluxlaan en even later kregen we een melding van een schietincident bij de Rabobank. Het leek er even op dat er dus meerdere locaties waren waar geschoten was", legt Liesbeth Maas uit. "En wij handelen daar ook naar, schakelen meteen extra ambulances in", vult Sander Komijn aan.
Ook bij de politie werd opgeschaald. "In de meldkamer in Driebergen is er op de rode knop gedrukt. Dat was nog niet eerder gebeurd. Het betekent dat de politie in het hele land paraat staat. Op de plek zelf lopen veel verhalen door elkaar heen. De schutter is weg, maar misschien zijn er nog meer schutters of meerdere verdachte locaties."
Tramaanslag op 24 Oktoberplein
"Mijn collega's die ter plaatse zijn, zijn niet bezig met dat grote verhaal. De ambulancemedewerkers willen gewoon hun werk doen. En dat is al heftig genoeg. Ze horen de verhalen van de slachtoffers en bovendien is het letsel dat je oploopt bij een schietpartij erg gecompliceerd", zegt Sander. "Later hoorde ik van mijn collega's dat er daar zo'n stilte en rust was. De politie stond in een grote boog om de ambulancemedewerkers heen, schermde ze zo af. Er was bij de hulpverleners geen paniek, geen chaos, geen geschreeuw. Alleen opperste concentratie, alleen de zorg voor de slachtoffers."

ZOEKTOCHT

Al snel bekijken agenten de beelden van de camera's in de tram. De verdachte blijkt een man met donker haar en blauwe jas. "In een mum van tijd is de schutter herkend, door onze eigen politiemensen. Daar ben ik echt trots op. Dat we met z'n allen zo goed weten wat er speelt en wie er leeft in onze stad, we hadden de naam gewoon heel snel", zegt Liesbeth Maas.
Gökmen T.
Gökmen T. © Politie
Gökmen T. is een bekende van de politie. En al snel zijn er zo'n 14 plekken waar T. zou kunnen zijn. "En dan vallen we binnen en dat gaat dan natuurlijk niet overal zachtzinnig. Dat weten we ook. Het is nogal wat, van die boomlange mannen in het zwart die de voordeur eruit stoten. Wat we heel mooi vonden is dat we door buurtgenoten van één van de binnengevallen adressen werden uitgenodigd. Mijn collega's mochten daar even wat drinken. De buurman zag dat als zijn burgerplicht, wij waarderen dat enorm."
"Natuurlijk waren alle ogen gericht op Utrecht maar de gewone incidenten in de rest van de regio gaan gewoon door. Er zijn ook ambulances nodig. Voor een patiënt met een hartaanval in Eemnes bijvoorbeeld. Op een sms die we aan al het ambulancepersoneel hadden gestuurd, kwamen heel veel collega's af. We stonden klaar met voldoende mensen tot de volgende dag half acht, zoveel collega's kwamen aangesneld. Iedereen wist, nu is het zover", vertelt Sander. Liesbeth knikt. "Dat was bij alle collega's zo, ook bij de politie. Iedereen wil erbij zijn om te helpen."

DE STAD IS STIL

Liesbeth vormt samen met burgemeester Jan van Zanen en de hoofdofficier van justitie 'de driehoek'. In die samenstelling wordt na een paar uur ook besloten om het advies te geven binnen te blijven. "Je beslist nogal wat, dat was nog niet eerder gebeurd. Het was stil in de stad, Utrechters gaven echt gehoor aan die oproep."
"Het geeft ook wel praktische problemen natuurlijk", weet Sander. "We kregen van de thuiszorg vragen over patiënten die echt bereikt moesten worden. Diabetici kunnen niet uren wachten op hun insuline maar de thuiszorgmedewerkers konden de straat niet op. Toen hebben we een ambulance klaargezet die op al die plekken de thuiszorg aan het werk kon zetten. Dat bleek gelukkig niet nodig, maar het was wel fijn dat dit kon."
Aan het eind van de middag organiseert de driehoek van burgemeester, politie en officier van justitie een persconferentie. Tijdens die bijeenkomst krijgt Liesbeth van een collega bericht: de verdachte is aangehouden. "Het is een gouden regel om tijdens een persconferentie niet zomaar iets extra's te vertellen. Maar dit was zo groot. Dus ik heb het nog een keer extra gecheckt en daarna bij mijn collega die het woord deed het briefje in de handen gedrukt."
"Ik was wel opgelucht toen ik dat hoorde", vertelt Sander. "Opgelucht dat er iemand is aangehouden, dat er op geen andere plekken meer schietpartijen zijn geweest en dat we kunnen afschalen. Maar wat een verdriet voor de slachtoffers. En ik wist ook; hier zijn we nog heel lang mee bezig. Dit heeft een grote impact."
Tijdens de tramaanslag kwamen drie personen om het leven. Drie anderen raakten zwaargewond. Een van hen overleed tien dagen later alsnog aan zijn verwondingen.
De tram na de aanslag.
De tram na de aanslag. © André Blom Fotografie
Liesbeth gaat diezelfde avond nog naar het 24 Oktoberplein met burgemeester Jan van Zanen. "Dan zie je daar ineens die verlaten tram. Collega's die nog bezig waren met forensisch onderzoek. Maar verder een compleet desolaat plein. Ja, dat kwam hard binnen. Het leed dat is aangedaan is zo indringend groot."

NAZORG

Sander spreekt die avond en de dagen daarna veel met zijn collega's. Liesbeth knikt. "Bij de politie waren ook veel jonge collega's aan het werk. Sommigen hadden nog niet zo gek lang geleden de opleiding afgerond en dan gebeurt dit. Daar moet je goede nazorg voor hebben. We hebben daar een jaar voor uitgetrokken. Veel praten en terugkijken. Zeker ook omdat diezelfde agenten daarna ook gewoon weer de straat op gaan en weer nieuwe heftige situaties tegenkomen. Het heeft nog steeds impact en dat zal ook nog wel blijven."
Sander beaamt dat. "Er zijn echt collega's die er een flinke knauw van hebben gekregen. Daar moet je goed voor zorgen. Maar wij konden ook weer voor anderen zorgen. Eén van de overlevenden wilde graag de ambulancemedewerkers spreken die hadden geholpen. Dat is zo'n bijzonder moment. Dat maakt grote indruk bij zowel het slachtoffer als bij ons. En we kwamen een paar weken later samen met de politiemensen die vanaf minuut één bij de plein waren geweest. Die hebben eerste hulp verleend en wilden zo graag weten: 'Hebben we het goed gedaan?'. En ja, dat hebben ze, het is bewonderingswaardig hoe ze hebben gehandeld."
'Utreg buigt nooit', de stille tocht na de aanslag.
'Utreg buigt nooit', de stille tocht na de aanslag. © RTV Utrecht
Liesbeth loopt een paar dagen later samen met collega's die hebben gewerkt op 18 maart mee met een stille tocht. "Enorm indrukwekkend, zo'n stoet met 16.000 mensen. Toen de groep politiecollega's de grote trap bij het Stadhuis afliep richting het volle Jaarbeursplein, klonk er applaus. Dat was echt kippenvel, wat een respect. Iedereen kent ook dat beeld van de Utrechtse moslimgemeenschap en de fans van FC Utrecht die naast elkaar gingen staan. Het gaf zo'n verbroedering, dat geeft zo'n goed gevoel. Het zou mooi zijn als we dat kunnen vasthouden."
'Utreg buigt nooit', stille tocht na de tramaanslag.

Heb je een tip of opmerking? Stuur ons je nieuws of foto via WhatsApp of mail.