Kinderboerderijen in zwaar weer: 'Gemeentes moeten wakker worden'

© Pixabay
PROVINCIE UTRECHT - Kinderboerderijen in onze regio hebben het moeilijk. Het lukt bijvoorbeeld niet om vrijwilligers aan te trekken of ze komen financiële middelen tekort. En dat is zonde, want kinderboerderijen vervullen een belangrijke sociale functie. "Gemeentes moeten wakker worden. Ze smijten met hoge bedragen voor persoonsgebonden budgetten, terwijl wij hier met een relatief kleine financiële injectie van alles kunnen doen voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt", zegt Chris Ester van kinderboerderij De Vechtse Hoeve.
Eind vorig jaar werd duidelijk dat kinderboerderij Otterspoor in Maarssenbroek in acute financiële nood zat. Er kwam te weinig geld binnen om de structurele lasten te betalen. Een crowdfundingsactie heeft de boerderij voorlopig uit de problemen geholpen, zo werd vorige week bekend. Goed nieuws voor nu, maar het roept de vraag op hoe dat in de toekomst moet. En is Otterspoor de enige boerderij die het lastig heeft?

JAREN VIJFTIG

Kinderboerderijen zijn grofweg in twee soorten te onderscheiden: gemeenteboerderijen en stichtingen, die vaak (deels) gerund worden door vrijwilligers. In de jaren vijftig werden er in steden als Utrecht steeds meer kinderboerderijen opgericht om kinderen in contact te houden met boerderijdieren en te leren waar ons voedsel vandaan komt.
Anno 2020 merken de kinderboerderijen die als stichting opereren dat het financiële plaatje lastiger te bolwerken is. "Het is voor ons steeds moeilijker om vrijwilligers te vinden", vertelt Annemarieke Ankersmit van de onlangs geredde kinderboerderij Otterspoor. "Daardoor kunnen we geen nieuwe sponsors werven, waar we voor onze financiën ook deels afhankelijk van zijn. Ook de regelgeving is steeds omvangrijker geworden, de overheid stelt steeds meer eisen aan vrijwilligers. Het is goed dat er veiligheidseisen worden gesteld, maar het slaat soms door. We zijn geen evenementenbureau."

DRUK OP AANWEZIGHEID

Stichting Vrijwilligerscentrale Utrecht ziet dat er een aantal kinderboerderijen is dat het moeilijk heeft om vrijwilligers te vinden, maar merkt op hier niet meer tekorten te zien dan in andere sectoren. "Toch kunnen we ons wel voorstellen dat met name kleine kinderboerderijen het lastig hebben", zegt directeur Judith Deynen. "Bij grote organisaties heb je betaalde medewerkers en stagiaires, en zijn vrijwilligers vaak aanvullend. Bij kleine kinderboerderijen zijn het vaak de vrijwilligers waar heel veel druk op aanwezigheid ligt."
Bovendien hebben zulke kleine stichtingen het vaak lastiger om vrijwillig personeel te werven en selecteren. Deynen: "Daarom is het - zeker voor kleinere stichtingen - nuttig om aan te haken bij een grote organisatie. Wij hebben een vacaturebank waar vrijwilligersorganisaties hun vacatures op kunnen plaatsen. Dan hoeven ze het niet alleen uit hun eigen netwerk te halen."

HORECA

Niet overal is een gebrek aan vrijwilligers overigens een probleem. De redenen dat financiën teruglopen, verschillen per kinderboerderij. Even verderop, bij De Vechtse Hoeve in Maarssen, speelt een ander probleem. Hier zijn vrijwilligers genoeg, wegens nauwe samenwerkingen met dierverzorgingsopleidingen en speciaal onderwijs in de buurt. "Vaak hebben ze het zo naar hun zin dat ze blijven hangen", vertelt Chris Ester van De Vechtse Hoeve.
Toch is ook deze kinderboerderij bezig met een crowdfundingscampagne. "Dat zit zo: in 2005 bepaalde de gemeente dat 40 procent van onze begroting uit eigen middelen moest worden betaald. Toen zijn we onze horeca uit gaan breiden. Een groot gedeelte van onze inkomsten komt uit ons terras: een kindermenuutje, een poffertje, een appelgebakje, kinderfeestjes", vertelt Ester.
Die activiteiten vroegen een ander soort vergunning van de boerderij. Er moest een horecavergunning en bestemmingsplan komen. "En voor die horecavergunning moet ons gebouw ook aan allerlei nieuwe eisen voldoen. Denk bijvoorbeeld aan gescheiden toiletten. Er komt van alles bij kijken. In totaal hebben we een bedrag van 100.000 euro nodig, waarvan we nu ongeveer de helft binnen hebben."
Q-KOORTS
Om zich heen ziet Ester dat het steeds lastiger wordt voor kinderboerderijen. "Onder meer door regelgeving vanuit overheidswege. We hebben te maken met dierziektes zoals Q-koorts, die allemaal regels en aanpassingen, en dus ook weer kosten met zich meebrengen. Stichtingen die subsidie krijgen van de gemeente zijn overgeleverd aan de hoeveelheid geld die ze krijgen. Op het moment dat dat wordt teruggeschroefd en je geen andere inkomsten hebt om op terug te vallen, ben je direct in gevaar. Dat is de bottleneck. Je zal voor een groot gedeelte je eigen broek op moeten houden."
Is het bestaan van de kinderboerderij in gevaar, denkt hij? "Er liggen absoluut goede kansen voor kinderboerderijen, maar gemeentes moeten wakker worden en de sociale functie erkennen. Want we hebben goud in handen. Aan de ene kant geven wij goede voorlichting over het nemen van huisdieren en aan de andere kant vervullen wij een belangrijke sociale functie. Hier is plek voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Met een relatief kleine financiële injectie kunnen wij veel voor hen doen."

Heb je een tip of opmerking? Stuur ons je nieuws of foto via WhatsApp of mail.