Cybercrime neemt fors toe, vooral in Utrechtse Heuvelrug en Rhenen

PROVINCIE UTRECHT - Traditionele dieven slaan in deze coronatijd minder vaak toe, maar computercriminelen laten des te vaker van zich horen. In de eerste vier maanden van dit jaar vonden in de provincie Utrecht 232 cybercrime-misdrijven plaats. Dat is meer dan een verdubbeling van het aantal computermisdrijven ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar. Toen lag het aantal op 99.
Het gaat om zaken als hacken, phishing, diefstal van computergegevens of het verspreiden van virussen. Niet alleen in de provincie Utrecht is er sprake van een toename. De trend is ook landelijk zichtbaar. In het eerste kwartaal van dit jaar registreerde de politie bijna 2800 cybercrime-misdrijven in Nederland. Dat is in vier maanden tijd al bijna net zoveel als in heel 2018.

UTRECHTSE HEUVELRUG EN RHENEN

In de provincie Utrecht maar ook landelijk, springen vooral de gemeenten Utrechtse Heuvelrug en Rhenen eruit. In de eerste vier maanden van dit jaar zijn in Utrechtse Heuvelrug 33 cybercrime-misdrijven geregistreerd. Vorig jaar lag het aantal in dezelfde periode nog op 3. En in Rhenen waren het er 17 ten opzichte van slechts 1 in het eerste kwartaal van vorig jaar.
"Dat komt omdat daar veel ouderen wonen", zegt Laetitia Griffioen, politiewoordvoerder van Midden-Nederland. "We zien de stijging van cybercrime met name in het oosten van de provincie Utrecht. Computercriminelen houden zich niet aan grenzen omdat het online gebeurt, maar focussen zich wel op doelgroepen die sneller kwetsbaar zijn. Ouderen zijn vaker slachtoffer van computercriminaliteit, en zij wonen meer in de oostelijke gemeenten van Utrecht."

CORONACRISIS

De stijging heeft ook te maken met de coronacrisis, maar is volgens Joeri Vig, adviseur bij het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid, ook weer niet specifiek corona-gerelateerd. "Cybercriminelen spelen in op veranderingen in de samenleving. Nu is het de coronacrisis, maar als er een economische crisis zou zijn, zou het ook gebeuren."
Als voorbeeld noemt Vig de groeiende vraag naar fitnessapparatuur voor thuisgebruik nu de sportscholen dicht zijn. "Cybercriminelen weten dat daar behoefte aan is. Ze richten zich dan op fitnessapparatuur en gaan mensen oplichten bij het online bestellen ervan."
Door de coronacrisis zitten mensen bovendien massaal thuis en zijn ze actiever op het internet. Maar of de toename ook daarmee te maken heeft, is volgens Vig lastig te zeggen. "Aan de ene kant kan het zijn dat iemand eerder in de verleiding komt cybercrime-misdrijven te plegen als hij of zij vaker online is. Maar aan de andere kant worden we, juist omdat we noodgedwongen thuis zitten, bewuster van wat er online gebeurt. Veel mensen werken thuis en horen bijvoorbeeld van hun werkgever welke programma's ze thuis wel en niet veilig kunnen gebruiken. En daardoor worden ze ook privé online alerter."

AANGIFTEBEREIDHEID

Een andere verklaring voor de stijging van cybercrime-misdrijven ligt volgens politiewoordvoerder Griffioen in het feit dat er nu digitaal aangifte gedaan kan worden. "Voorheen moest je naar het bureau komen voor cybercrimezaken. Maar sinds begin februari kan je er ook online aangifte van doen, en dat verlaagt wel de drempel."
Ook Vig stelt dat aangiftebereidheid hier een belangrijke rol bij speelt. "En schaamte kan ook meespelen. Mensen vinden het vaak stom van zichzelf dat ze erin zijn getrapt, en doen soms om die reden geen aangifte. Maar we zien wel dat als dit thema vaker onder de aandacht wordt gebracht in de media, op websites en door middel van campagnes en reclamespotjes op televisie, mensen sneller bereid zijn aangifte te doen."
Noodgedwongen thuis zitten heeft een positieve en een negatieve uitwerking op cybercrime.
Noodgedwongen thuis zitten heeft een positieve en een negatieve uitwerking op cybercrime. © Pixabay
Meer aangiftes betekent dus meer registratie van cybercrime-misdrijven. "Al is cybercrime sowieso al het meest stijgende delict onder criminelen", benadrukt Vig. "Nu in deze coronaperiode weliswaar nog meer, maar het stijgt elk jaar al enorm, zo'n 20 procent of meer. Online heeft een crimineel een veel groter bereik. Je kan zo veel meer slachtoffers maken dan in je eentje tijdens een overval."
WHATSAPP-FRAUDE
De politie Midden-Nederland krijgt in deze coronaperiode ook meer aangiftes van WhatsAppfraude dan in dezelfde periode vorig jaar. Hierbij probeert een oplichter mensen geld afhandig te maken via WhatsApp met het profiel van een familielid of kennis. Deze vorm van criminaliteit valt niet onder cybercrime, maar onder digitale oplichting. "Al hangt het wel nauw met elkaar samen", aldus Griffioen.

Heb je een tip of opmerking? Stuur ons je nieuws of foto via WhatsApp of mail.