Boek brengt ode aan de poldermens: 'Eenvoud kan heel mooi zijn'
VIJFHEERENLANDEN - Ze zijn vaak heel gewoon en misschien daarom wel bijzonder: poldermensen. Het nieuwe boek Polderberichten staat vol met verhalen en foto's van boeren en duivenhouders, maar bijvoorbeeld ook van ic-arts Diederik Gommers. Samen met collega-schrijvers en fotografen portretteert Bram van der Wal de poldermens.
Op de fiets trekt Bram van der Wal door de polders, op zoek naar verhalen
Het bankje
Iedereen heeft wel wat te vertellen, is de gedachte. Zo belanden ook een paar mannen in het boek die menig uur vertoeven op een bepaald bankje in hartje Meerkerk. Elke maandag- en donderdagavond is het vaste prik voor de 'kleppers', zoals ze elkaar gekscherend noemen. Op het bankje bespreken ze het leven, de politiek en veel sport.
Polderbewoners weten: je moet je voeten droog houden.
"Maar als Bram erbij is, gaat het eigenlijk bijna nergens over", lachen Teus en Dirk. Bram omschrijft het tafereel treffend in het boek. Zo krijgen de mannen discussie over het takenpakket van de dierenambulance, waarna Bram pent: "Een hamster?, brieste Henk, komen ze daar ook voor? De ziekenhuizen liggen vol met coronapatiënten en zij rukken uit voor een hamster?"
Het is de eenvoud die Bram zo aanspreekt in de poldermens. "Polderbewoners weten: je moet je voeten droog houden. Dat is belangrijk. Verder zit er weinig pochen bij, er zit weinig grootspraak in. Het gaat niet heel de dag over meningen ventileren. Ze hebben het gewoon druk zat met van alles en nog wat; dat vind ik mooi aan mensen uit de polder."
In het boek Polderberichten staan ook enkele bekende inwoners uit de polders van de Alblasserwaard en Vijfheerenlanden. Diederik Gommers, hoofdrolspeler in de coronacrisis, woont in het dorpje Wijngaarden. "Als ik 's avonds de polder in rijd, dan komt er rust in mij. Ik hou van de geluiden van het platteland, de boeren en hun machines. Misschien omdat ik denk: zij zijn dus ook nog aan het werk", vertelt hij.
Gerrit met een pet
Zo staat ook Gerrit Schrijver in Polderberichten, overigens één van de zeven Gerrits in het boek. Het schijnt nog altijd de meest voorkomende mannennaam te zijn in de polder. Om het geloof dat iedereen een verhaal heeft extra kracht bij te zetten, kiezen de schrijvers alleen Gerrits die in het dagelijks leven altijd een pet dragen.
Gerrit Schrijver is gepensioneerd boer, bestuurslid van de ijsclub en fervent wielrenner. Zeven racefietsen staan er in zijn schuur; zijn eerste aanwinst is een oranje en daarna volgt een stalen ros van het oud-ijzer. "Zo is het gemieter begonnen." Gerrit is voorbij de tachtig, maar zijn Strava-app telt al bijna tienduizend fietskilometers voor dit jaar.
Als je luistert, blijkt iedereen wel iets bijzonders te hebben.
Of-ie bijzonder is? "Ik vind zelf van niet", lacht hij, "maar er zijn mensen die zeggen van wel. Dus ja, wat moet je ermee?" Hij vervolgt: "Nou ja, het zit mij best. Het is beter dan dat ze zeggen: het is een rotvent!" Rang, stand of belangrijk zijn doet er niet toe in de polder, dus ook niet in het boek. "Als je luistert, blijkt iedereen wel iets bijzonders te hebben", besluit Bram.