Mestfraudezaak laat opnieuw op zich wachten, biogascentrale blijft voorlopig open

© RTV Utrecht / Jordi de Jong
BUNSCHOTEN-SPAKENBURG/EEMDIJK - De wraking van een van de rechters in de behandeling van de grote mestfraudezaak tegen de biogascentrale in Bunschoten heeft ertoe geleid dat de zaak opnieuw uitgesteld wordt. Een van de rechters stuurde per ongeluk een e-mail naar de advocaten waaruit zijn vooringenomenheid zou blijken.
Advocaten eisten een wraking van alledrie de rechters, maar volgens de wrakingskamer hoefden de twee andere rechters na het opstappen van de voorzitter niet weg.
De rechter had de mail voor zijn collega's bedoeld. Volgens de advocaten zou hij daarin over één van de verdachten schrijven: "De lieverd, hij reed altijd met die tankoplegger. Maar ook [medeverdachte] zegt zelf dat er geen digestaat meer werd opgehaald. Wellicht krijgen we vanavond nog meer spijtbetuigingen."

Mega-zaak

Volgens de advocaat is de rechter daarmee vooringenomen, omdat hij meer waarde zou hechten aan de verklaring van deze medeverdachte dan aan een andere getuigenverklaring van een chauffeur. Die zou stellen dat er wel degelijk digestaat, het restproduct van de biogasproductie, werd opgehaald.
Omdat de te behandelen zaken zo complex zijn, zag de rechtbank geen andere reden dan het proces voor onbepaalde tijd aan te houden. De nieuw aan te stellen voorzitter moet zich inlezen in het dossier dat inmiddels 16.000 pagina's kent. Daarnaast zit de rechtbank van Amsterdam vol met 'mega-zaken', waardoor een voortzetting van de inhoudelijke behandeling in de fraudezaak op korte termijn onmogelijk lijkt.

Gedeputeerde Staten Utrecht

Niet alleen in Amsterdam, maar ook in de rechtbank in Utrecht werd de biogascentrale vandaag behandeld. Deze zomer trok de provincie de vergunning van de centrale definitief in, omdat het op basis van een integriteitsonderzoek en informatie vanuit het OM beargumenteerde dat er "een ernstig gevaar dat het betreffende bedrijf de vergunningen zal gebruiken om geld afkomstig van strafbare feiten te investeren, of strafbare feiten te plegen" bestond. Daar diende de biogascentrale bezwaar tegen in.
Hoewel de provincie in het kader van een geheimhoudingsplicht niet mag zeggen om welke strafbare feiten het gaat, is het aannemelijk dat het besluit gebaseerd is op de feiten die te maken hebben met de inhoudelijke behandeling rond meststoffenfraude in Amsterdam vandaag.
De Utrechtse rechtbank stelt vandaag dat de uitgangspositie van de provincie gegrond is, maar dat die niet goed genoeg heeft afgewogen welke consequenties het intrekken van de vergunning voor het bedrijf heeft. Volgens de rechtbank "moet verweerder (Gedeputeerde Staten, red.) alsnog de belangen van eiseres (A. van de Groep en Zonen B.V., red.) afwegen tegen het algemeen belang dat met het intrekken en weigeren van de omgevingsvergunningen wordt gediend".

'Geen rekening met voortbestaan bedrijf, biogasproductie en verbeteringen'

Volgens de biogascentrale is er onder meer geen rekening gehouden met het voortbestaan van het bedrijf en de consequenties voor het personeel. Ook mist het bedrijf aandacht voor het belang van de productie van biogas als bijdrage voor de circulaire economie en voor verbeteringen die inmiddels zijn doorgevoerd ten aanzien van de geurbehandeling en digestaatscheiding.
De provincie heeft twee weken de tijd om het 'gebrek' te herstellen door een aanvullende motivering aan te leveren of door het besluit omtrent de vergunning in te trekken. Daarop heeft de biogascentrale dan weer vier weken de tijd om te reageren, waarna de rechtbank uitspraak doet.

Heb je een tip of opmerking? Stuur ons je nieuws of foto via WhatsApp of mail.