Utrechtse voedselbanken doen (nog) geen aanspraak op financieel vangnet: 'Netwerk sterk genoeg'
PROVINCIE UTRECHT - De voedselbanken in Utrecht redden het tot dusver prima op eigen kracht en hoeven dus (nog) geen aanspraak te doen op de miljoenen van het kabinet. "We doen wel eens een noodoproep als we krap bij kas zitten. Elke keer als we dan oproepen tot donaties, worden we overdonderd door wat er binnen gebracht wordt. Daarom hebben we tot nu toe nog geen gebruik hoeven maken van het landelijke geld", zegt Lambert Pasterkamp van Voedselbank Utrecht.
In het voorjaar trok Voedselbank Nederland bij de overheid aan de bel. De verwachting was dat er meer mensen bij de voedselbank aan moesten kloppen vanwege de coronacrisis. Daarom vroeg de Voedselbank om steun. Die kreeg de organisatie, de overheid stelde vier miljoen beschikbaar als noodsteun. Als de Voedselbank in de problemen dreigt te komen, kan er aanspraak worden gedaan op de miljoenen. Nu, maanden later, blijkt dat de organisatie het geld nog niet nodig heeft gehad.
Eigen netwerk sneller
"Het is ook een beetje sprake van een mismatch tussen mensen en systemen", vertelt Pasterkamp. "Als wij omhoog zitten is het makkelijker om binnen ons eigen netwerk te vragen om hulp. Dat gaat sneller dan aanspraak doen op een landelijke pot. Dan moet je een aanvraag sturen en wachten op het geld en die tijd hebben we eigenlijk niet. Het lokale netwerk van de Voedselbank blijkt dan toch erg sterk te zijn."
Pasterkamp benadrukt dat het echt om een vangnet gaat. Nu hoeft de Voedselbank er nog geen gebruik van te maken, maar dat kan nog wel gebeuren. "Vaak stijgt het aantal deelnemers tijdens een economische crisis. Tot dusver blijkt het relatief mee te vallen." Landelijk is er een stijging van 8 procent te zien, vertelt Pasterkamp. In Utrecht is de stijging iets lager dan dat. Maar Pasterkamp houdt een slag om de arm: "Wat we vaak zien is dat het effect van een crisis pas wat later echt zichtbaar is want mensen kloppen later aan."
