Verdachte van verkrachting in Voorstraat Utrecht voor psychiatrisch onderzoek naar Pieter Baan Centrum

UTRECHT - Een 34-jarige Nigeriaan die wordt verdacht van verkrachting en mishandeling van een vrouw in het centrum van Utrecht, wordt vanaf volgende week zes weken lang geobserveerd in het Pieter Baan Centrum. De rechtbank wil weten of er psychisch iets mis is met Monday A., voor de rechtszaak tegen hem inhoudelijk wordt behandeld.
Advocaat Starmans vroeg de rechtbank vandaag tevergeefs om af te zien van opname van zijn cliënt in het PBC. Volgens de advocaat is het verspilde moeite, omdat alleen in heel bijzondere omstandigheden aan buitenlanders tbs wordt opgelegd. Van dergelijke omstandigheden zou in deze zaak geen sprake zijn en na een veroordeling zou A. sowieso het land worden uitgezet, betoogde de advocaat.
Vingers in de mond
A. wordt ervan verdacht dat hij op 12 april vorig jaar in de Voorstraat op een vrouw afliep en "Talk to me" naar haar riep. Vervolgens zou hij haar bij haar keel en polsen hebben vastgepakt en zijn vingers in haar mond hebben geduwd. Nadat ze op de grond was gevallen, zou hij bovenop haar zijn gaan zitten en haar over de grond hebben meegetrokken. Het OM verdenkt hem van verkrachting en een poging tot zware mishandeling.
Volgens de verdediging is er geen bewijs voor verkrachting en heeft het slachtoffer in haar aangifte ook niets gezegd over onzedelijke betastingen. Maar volgens het OM zijn de verdenkingen ernstig genoeg. Er zou dna van de verdachte zijn aangetroffen op de jas van de vrouw en ook zijn er beelden van bewakingscamera's waarop het incident te zien zou zijn. Een verzoek van de verdediging om A. het proces in vrijheid af te laten wachten, werd door de rechtbank afgewezen.
Verbouwingsherrie
De tussenzitting in de Utrechtse rechtbank begon ruim anderhalf uur later dan gepland, doordat een eerdere zaak uitliep. De verdachte kon de zitting vanuit de penitentiaire inrichting via een videoverbinding volgen, maar toen hij eenmaal klaarzat in de studio werd hij onverstaanbaar door het geluid van een boormachine. De herrie bleek afkomstig van werklieden die in de PI bezig zijn met een verbouwing.
Toen het uiteindelijk stil was, riep A. boos en emotioneel in Nigeriaans/Engels-dialect dat hij onschuldig is en deze behandeling niet verdient. Ook verweet hij zijn advocaat dat die te weinig voor hem doet. Schijnbaar dacht A. dat hij al tbs had gekregen. Hij reageerde zichtbaar opgelucht toen de rechter uitlegde dat hij nog niet was veroordeeld en de opname alleen was bedoeld om te onderzoeken of er iets mis met hem is.
Omdat de deskundigen van het PBC zeker drie maanden nodig hebben voor de observatie en het schrijven van een rapport, zal de zaak op vroegst eind april inhoudelijk worden behandeld. Dan zullen de verdenkingen uitgebreid worden besproken en zal het slachtoffer mogelijk gebruik maken van haar spreekrecht. In de tussentijd is op 15 maart nog een korte pro-formazitting in de zaak.