Sproeien met oppervlaktewater vanaf vandaag in deel van provincie verboden

© ANP
Provincie Utrecht - Het aangekondigde onttrekkingsverbod in een deel van de provincies Utrecht en Gelderland gaat vandaag in. Dit betekent dat water uit sloten en andere watergangen waarop geen aanvoer mogelijk is, niet ingezet mag worden voor bijvoorbeeld industrieel gebruik, landbouw of het besproeien van bomen en sportvelden. Waterschap Vallei en Veluwe is de eerste waterbeheerder buiten het zuiden van Nederland die een verbod instelt omdat het zo droog is.
Vallei en Veluwe strekt zich uit van de IJssel tot aan de Nederrijn, langs de Randmeren tot in de Utrechtse Vallei. Het waterschap begon het voorjaar met voldoende water in beken en sloten en een behoorlijke grondwaterstand. Dat kwam doordat het in februari in het gebied veel en hard regende. Maar inmiddels is dat water op en vallen kleine watergangen en beken al droog. Dat veroorzaakt met name op de Veluwe en in de Utrechtse Vallei veel natuurschade.

Onttrekkingsverbod

"Een onttrekkingsverbod betekent dat je geen water mag onttrekken uit het oppervlaktewater, dus het water wat je ziet", legt Arthur Heijstek van het Waterschap Vallei en Veluwe uit. "Maar dat betekent dat er bijvoorbeeld nog wel met grondwaterbronnen gesproeid mag worden als je daar een vergunning voor hebt." Het verbod geldt ook niet voor gebieden waar aanvoer vanuit de randmeren of rivieren wel mogelijk is. "Bij de Eemnesserpolder en in Bunschoten mag bijvoorbeeld nog wel onttrokken worden omdat we daar water vanuit het randmeer kunnen inlaten."
Het is niet bekend hoelang het verbod van kracht blijft. "Dat hangt af van de neerslag die er gaat komen", zegt Heijstek. "Wij werken met een neerslagtekort. Dat houdt in dat we in kaart brengen wat de natuur nodig heeft om goed te kunnen blijven groeien ten opzichte van wat er aan regen valt. We zitten nu op het niveau van het recordjaar 1976, dus dat is wel echt droog. Maar dat kan natuurlijk veranderen als er weer veel neerslag gaat vallen."

Water vasthouden

Volgens waterschappen is het vasthouden van water in natte periodes dé oplossing om langdurige periodes van droogtes op te lossen, blijkt uit een rondgang van de NOS langs de waterschappen. Het grootste probleem hebben de provincies met hoge zandgronden. Dit zijn Noord-Brabant, Limburg, Gelderland, Drenthe en Overijssel. Watertoevoer uit rivieren of het IJsselmeer naar die zandgronden is moeilijk, ze zijn vrijwel geheel afhankelijk van regenval om het grond- en oppervlaktewater op peil te houden.
Hier in de regio kunnen waterschappen wel makkelijker invloed uitoefenen. Zo zet waterschap Vallei en Veluwe de stuwen omhoog. "Dat doen we al heel vroeg in het seizoen. We hadden een vrij natte februarimaand, dus toen zijn we al zo veel mogelijk water gaan vasthouden omdat we het droogteseizoen zagen aankomen", aldus Heijstek. Voor de langere termijn is het waterschap ook bezig om meer water hoger in het systeem op de Veluwe vast te houden. "Zodat we ook in drogere tijden water kunnen geven aan lager gelegen gebieden."
In heel Nederland gebeurt op dit moment al veel als het gaat om het opslaan van water in periodes van relatief veel neerslag. Maar de aanpak is versplinterd en er zijn botsende belangen. Hydroloog Wanders van de Universiteit Utrecht begrijpt dat het nog niet perfect geregeld is. "Waterschappen zijn er echt mee bezig, maar de droogte staat eigenlijk pas sinds 2018 op de radar. Het kost gewoon tijd om dat soort maatregelen te nemen. Daar ben je meer dan vijf jaar mee bezig", aldus de hydroloog tegen de NOS.

Heb je een tip of opmerking? Stuur ons je nieuws of foto via WhatsApp of mail.