Valleiboeren wachten gespannen en gelaten Haagse stikstofstrategie af: 'Ik kan mij geen vallei voorstellen zonder boeren'

© Bart Weiland
Renswoude - "Krimpen van de veestapel zou een gevolg moeten zijn, geen doel" en "er zijn problemen, maar nu zijn we het kip met de gouden eieren aan het slachten". Het zijn twee zinnen die veehouder Art Wolleswinkel uit Renswoude in een gepassioneerd betoog afsteekt. Voor de boer uit de Gelderse Vallei is hoogstwaarschijnlijk slecht nieuws op komst. De uitstoot van stikstof in dat gebied is dusdanig hoog dat deze naar verwachting met 70 tot 80 procent moet worden teruggebracht. Zijn bedrijf staat op de tocht.
NRC meldde vorige week dat deze cijfers in een regiostrategie staan van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Aan dat stikstofplan is maanden gewerkt en het wordt vandaag besproken in de ministerraad. Zulke percentages omlaag brengen is vrijwel onmogelijk zonder boeren op grote schaal uit te kopen, zeggen deskundigen in het artikel.
Jarenlang heeft Nederland te weinig gedaan aan de stikstofuitstoot. Goed voor de agrisector, maar slecht voor de natuur; die was daar het slachtoffer van en de kwaliteit holde achteruit. In 2019 haalde de Raad van State uiteindelijk een streep door het stikstofbeleid dat destijds werd gevoerd. Het gevolg van die uitspraak is dat de uitstoot van stikstof drastisch naar beneden moet. Het kabinet heeft dat ook vastgelegd in het huidige coalitieakkoord en zal moeilijke besluiten moeten nemen.
Martin Wassen, ecoloog en hoogleraar verbonden aan de Universiteit Utrecht, zegt ook dat fiks ingrijpen de enige optie is om in actie te komen. "Ik denk zeker wel dat je op bepaalde plekken intensieve agrarische activiteiten moeten gaan stoppen, dat is evident. Je kunt het nu alleen over het stikstof hebben, maar wij kijken ook naar fosfaat en welke invloed dat heeft op de natuur." Maar alleen naar het stikstofprobleem kijken, is niet genoeg. "We voldoen ook niet aan de Europese richtlijnen wat waterkwaliteit betreft. Dus het is ook weer van: we hebben een stikstofprobleem, de bouw ligt plat en we kunnen niks meer in Nederland en we gaan iets doen aan stikstof op bepaalde plekken. Maar je moet het structureler aanpakken door de landbouwtransitie te faciliteren naar een landbouw die minder stikstof uitstoot maar ook koolstof en minder andere milieubelastende activiteiten heeft."

Stikstofuitstoot


Boeren weten dat het moment dat kabinet Rutte IV een stikstofreductieplan presenteert onontkoombaar is. De percentages die vorige week uitlekten laten de sector niet koud en bracht taboes als het uitkopen van boeren en krimp van de veestapel weer op tafel. LTO Nederland reageerde vrijwel direct en noemt de reductievoorstellen absurd. De belangenorganisatie wil de provinciebesturen aanzetten tot verzet tegen "onmogelijke Haagse dictaten". De acht gemeenten van Regio Foodvalley, waar Renswoude ook toebehoort, hebben minister Christianne van der Wal (VVD) opgeroepen om snel met duidelijkheid over de cijfers te komen omdat betrokken ondernemers in de regio niets kunnen met de onzekerheid die sinds een week weer is toegenomen.
"We leven bij de dag", zegt boer Wolleswinkel zuchtend. "We moeten eerst maar even afwachten wat er in dat plan staat. Er zit wel spanning hoor, maar ook gelatenheid. Dat is wat ik bij veel boeren bespeur. We zien het wel." Dat er problemen zijn in de sector waarin hij werkt ontkent hij niet, maar de manier waarop de Rijksoverheid vermoedelijk de problemen het hoofd wil bieden begrijpt hij niet.
Wolleswinkel: "De massale uitkoop van boeren gaat niet werken. Sinds 2019 is er niets gebeurd en dat heeft gezorgd voor veel wantrouwen van boeren richting de overheid. We hebben eerder perspectief nodig voor onze bedrijven. Tot nu toe heeft alles dat is bedacht altijd geleid tot schaalvergroting. Dat is precies wat de samenleving niet wil, maar wel altijd het gevolg geweest van overheidsingrijpen."

Stoppen boerenactiviteiten


De boer uit Renswoude uit hiermee kritiek op het systeem waarbinnen hij en zijn collega's werken. Hij klaagt over de minimale marges op de producten die hij produceert, de consument die zo min mogelijk wil betalen en de regels die kostenverhogend zijn waardoor niet de kwaliteit maar de kwantiteit de maatstaf is. De landbouwsector is met ruim 40 procent voor een groot deel verantwoordelijk voor de stikstofuitstoot in Nederland. Ook andere sectoren ontkomen niet aan overheidsingrijpen, maar door de boerenbedrijven een halt toe te roepen worden naastgelegen kwetsbare natuurgebieden direct beschermd. Het stoppen van boerenactiviteiten zou meteen een positief effect op de omliggende natuur hebben.
"Als we beloond worden voor een ander product dan passen boeren zich echt wel aan", zegt Wolleswinkel beslist. De laatste tijd is hij meer bezig met natuur inclusieve landbouw, zoals hij dat noemt. Daarin experimenteert hij hoe hij met zijn boerderij toch een positief effect op de natuur eromheen kan hebben. Ook verkoopt hij een deel van zijn melk en andere producten in een eigen winkeltje. "Wij focussen niet op de hoogste productie, maar het gezondste product."
Hiermee is hij wel een uitzondering in zijn sector. Voor de meesten is de productie toch dwingend. Daar zijn de verdienmodellen op gebaseerd. Dat het kabinet pijnlijke keuzes moet maken lijkt onvermijdelijk. Toch, wat de minister vandaag ook schrijft in haar brief, Wolleswinkel weet een ding zeker: "Ik kan mij geen vallei voostellen zonder boeren. En bekijk het eens van een andere kant. Toch een boterham verdienen, maar met minder dieren. Daar is geen enkele boer op tegen. Als ze ons een doel geven en de middelen, dan komen we er wel."

Heb je een tip of opmerking? Stuur ons je nieuws of foto via WhatsApp of mail.