'Kankeratlas' concludeert: zaadbalkanker komt vaak voor in Eemnes en Bunschoten, maar wat betekent dat?

Bunschoten vanuit de lucht
Bunschoten vanuit de lucht © Bunschoten.nl
Utrecht - Inwoners van Eemnes en Bunschoten krijgen veel vaker de diagnose zaadbalkanker dan inwoners van andere gemeenten in onze provincie. Het is één van de opvallende conclusies die je kunt trekken na het bekijken van de vandaag gepresenteerde 'Kankeratlas'. Deze interactieve kaart van het Integraal Kankercentrum Nederland (IKNL) laat voor het eerst zien waar bepaalde kankervormen meer of minder voorkomen. Maar wat moet je nou met deze informatie? Het moet vooral gaan helpen bij het aanpakken van kanker, benadrukt IKNL.
Als het om zaadbalkanker gaat, laat de interactieve atlas zien dat deze diagnose in Bunschoten en Eemnes 35 procent vaker gesteld werd dan in de rest van het land. De twee Utrechtse gemeenten kleuren rood op de kaart, terwijl de rest van het land hoofdzakelijk geel is: de kleur van het landelijk gemiddelde. Maar wat zegt dat? Moet je je als mannelijke inwoner nu zorgen maken?
"Er zijn altijd nuanceringen, niks is absoluut", zegt hoofd kankerregistratie Otto Visser van IKNL over de cijfers. "Over het algemeen komt zaadbalkanker gelukkig niet zoveel voor", duidt hij. In absolute aantallen gaat het om 777 diagnoses per jaar in het hele land. "Bovendien zijn de overlevingskansen best groot", benadrukt hij.

Reden voor meer onderzoek

Maar wat de cijfers wél laten zien, is dat er aanleiding kan zijn voor nader onderzoek. Bijvoorbeeld naar hoe zaadbalkanker ontstaat. "Het zou kunnen dat er een erfelijk component is, genetisch dus. Verder weten we op basis van informatie dat zaadbalkanker veelal voorkomt in westerse landen met veel welvaart. Het neemt overal enorm toe, maar waardoor? Dat is onbekend. Ik vermoed dat het met levensstijl te maken heeft, maar hoe het precies zit? Dat weten we niet."
Dat onderzoek nodig is, onderschrijft directeur Ivo Struik van Stichting Zaadbalkanker. "Ik ben helemaal verbaasd", zegt hij in een eerste reactie op de cijfers. "Dit is nou precies waar zo'n atlas voor is. Door de data ontstaan er vragen die we moeten beantwoorden." Toen Struik de atlas zag, viel het hem vooral op dat zaadbalkanker vaker voorkomt in regio's waar families dicht bij elkaar blijven wonen. Maar dat kan ook toeval zijn. "Misschien komt het door de omgeving of door levenskeuzes, dat kan altijd. Maar als het daadwerkelijk om families gaat, dan lijkt het me geen moeilijk onderzoek. Alle data staan al in registers. Als we die gaan onderzoeken, dan krijgen we hopelijk snel een antwoord."

Grote verschillen

De atlas laat naast zaadbalkanker de data zien van nog eens 23 veel voorkomende kankersoorten in Nederland. Op de kaart kun je per wijk en zelfs per buurt de cijfers bekijken. Het laat zien dat er grote regionale verschillen zijn, soms op steenworp afstand.
Neem bijvoorbeeld de Utrechtse wijk Ondiep. De afgelopen tien jaar kwam longkanker daar 36 procent meer voor dan wat landelijk het gemiddelde was. Maar zoom je verder in, dan zie dat de buurt rondom de Hogelanden in die wijk zelfs 67 procent boven het landelijk gemiddelde zit. Kijk je vervolgens iets verderop, in Pijlsweerd, dan is het ineens een stuk lager: 15 procent boven het landelijk gemiddelde. Het verschil met Wittevrouwen, weer een stukje verderop is nog groter: daar lag het aantal longkankerdiagnoses juist 9 procent láger dan het landelijk gemiddelde.

Preventie en voorlichting

Volgens de GGD GHOR, de landelijke koepelorganisatie van GGD'en, laat het zien dat afkomst en inkomen van grote invloed zijn op gezondheid. De organisatie pleit voor een specifiekere aanpak per gebied, bijvoorbeeld maatwerk als het gaat om preventie en voorlichting.
Dat is ook wat IKNL graag zou zien. "Als het in het ene gebied veel voorkomt, en in het andere weinig, dan moet het mogelijk zijn om het in de veelvoorkomende gebieden te verminderen", legt Visser uit. "Uiteindelijk willen we de impact van kanker reduceren. Dat kan tot nu toe het best door preventiemaatregelen te nemen. Dat doen we als IKNL niet, maar we kunnen wel data laten zien die tonen dat preventiemaatregelen in bepaalde gebieden iets bereiken."

Eigen invloed

Die preventiemaatregelen zijn niet onnodig. Wie namelijk naar het aantal kankerdiagnoses per jaar kijkt, ziet al snel dat de ziekte steeds vaker voorkomt. Volgens Visser zijn daar een aantal verklaringen voor. Om te beginnen worden we steeds ouder, logischerwijs maakt dat de kans op kanker groter. Bovendien komen er ook steeds meer mensen bij, waardoor het absolute aantal kankerpatiënten automatisch toeneemt.
Maar er zijn ook factoren waar we zelf wat aan kunnen doen. Het aantal mensen met overgewicht neemt gestaag toe en ook bewegen we steeds minder, om een tweetal voorbeelden te noemen. Betere levenskeuzes maken, kan volgens Visser helpen bij het voorkomen van kanker. Want je eigen gedrag heeft wel degelijk invloed. In negatieve én in positieve zin: "Als iedereen om je heen rookt, maar jij niet, dan zal je natuurlijk niet zo snel longkanker krijgen. Ook al is je gebied donkerrood."

Heb je een tip of opmerking? Stuur ons je nieuws of foto via WhatsApp of mail.