Dode schapen bij Zeist inderdaad slachtoffer van wolf, blijkt uit dna-onderzoek
Zeist - De zes schapen die begin juni werden doodgebeten op landgoed Heidestein bij Zeist, zijn zoals al vermoed werd het slachtoffer geworden van een wolf. Dat blijkt uit dna-onderzoek uitgevoerd door de Wageningen Universiteit in opdracht van BIJ12.
De eerste vijf schapen werden op zondag 4 juni gevonden bij het landgoed. Een dag later werd er nog een aangetroffen. Vijf van de zes schapen leefden nog na de wolvenaanval, maar moesten vanwege hun verwondingen alsnog worden afgemaakt.
Geslacht onbekend
Meteen na de aanvallen was er al het vermoeden dat een wolf de dader was, maar dna-onderzoek moest dat nog uitwijzen. Desondanks durfde het Utrechts Landschap wel op de zaken vooruit te lopen: het was een wolf, aldus een woordvoerder eerder deze maand.
Daarin heeft hij nu gelijk gekregen. De universiteit heeft voor nu enkel onderzocht of het een wolf was die de schapen doodbeet. Voor de schade afhandeling is dat namelijk het belangrijkst.
Andere kenmerken worden nog onderzocht, maar dat onderzoek duurt langer. Bijvoorbeeld of het om een mannetje of vrouwtje gaat. "Uiteindelijk kunnen we op basis van het dna exact vaststellen welke wolf het betreft en dat eventueel koppelen aan andere waarnemingen, om de gangen van de wolf na te gaan", laat een woordvoerder van BIJ12 weten.
Wolvenplan
De afgelopen maanden werd de wolf steeds vaker gesignaleerd in de provincie, wat er toe geleid heeft dat een 'wolvenplan' is ingesteld. Dat houdt in dat de wilde dieren intensiever in de gaten gehouden zullen worden en dat zij zo snel mogelijk een zender krijgen.
Dat laatste is met deze wolf nog niet gebeurd. Het is daardoor onbekend of de wolf zich nog in de buurt van landgoed Heidestein bevindt.
