KNMI-onderzoek naar ozon dinsdag gelanceerd

SOLVANG - De Amerikaanse satelliet Aura EOS met aan boord het ozonmeetinstrument OMI wordt dinsdag rond het middaguur (Nederlandse tijd) eindelijk gelanceerd. Het onderzoek naar de ozonlaag staat onder leiding van het KNMI in De Bilt. De lancering zou eigenlijk op 19 juni plaatsvinden, maar werd herhaaldelijk uitgesteld.
OMI (Ozon Monitoring Instrument) meet heel precies veranderingen in de ozonlaag. Het meet behalve ozon ook stikstofdioxide, zwaveldioxide, broommonoxide, chloordioxide, formaldehyde, UV-straling (B), en aerosolen. Dat kan doordat OMI op 1100 verschillende golflengtes meet. Deze prestaties zijn veel beter dan die van voorgaande instrumenten. Bovendien meet OMI als enige op stedelijk niveau. In één dag brengt het apparaat de volledige atmosfeer in blokjes van 20 bij 20 kilomter in kaart. Ook vervuiling vlak boven het aardoppervlak wordt gezien, ondanks mogelijke bewolking.
De kosten van het geheel Nederlandse project bedragen 40 miljoen euro. Dat geld is betaald door de ministeries van Economische Zaken, Verkeer en Waterstaat en Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.
OMI is gebouwd door onder andere TNO in Zeist. De directeur van TNO Space kwam vrijdag aan in Californië om zondag de lancering vanaf Vandenberg Airforce Base bij te wonen. De lancering werd echter uitgesteld omdat een stekker ontbrak aan de draagraket van de satelliet. Het herhaalde uitstel heeft inmiddels tot irritatie geleid bij de ongeveer veertig meegereisde Nederlanders.