EK open water twijfelachtig voor Van Rouwendaal

© Orange Pictures
SOEST - Het is zeer de vraag of zwemster Sharon van Rouwendaal uit Soest volgende week haar titel kan verdedigen op het EK open water in Hongarije. Het water in het Lupameer bij Boedapest is nu nog zo'n vier graden te koud. "We mogen eigenlijk pas racen als de watertemperatuur minstens 16 graden is en afgelopen week is 12 graden gemeten. Ik hoop dus dat het water de komende dagen voldoende opwarmt", zegt de olympisch kampioene op de 10 kilometer, die op het EK haar titel van drie jaar geleden hoopt te prolongeren.
Het EK is is voor Van Rouwendaal ook een belangrijk testmoment richting Tokio. "Het is mijn eerste open waterwedstrijd sinds anderhalf jaar en ook mijn enige race over 10 kilometer in aanloop naar de Spelen. Al heb ik niet specifiek 'getaperd' voor dit EK, ik wil graag weer even ervaren hoe het is en weten waar ik sta", aldus de 27-jarige specialiste op de lange afstanden. Mocht de missie richting Boedapest onverhoopt niet doorgaan, dan is er een plan B. "Dan ga ik eerst op hoogtestage en zwem ik eind juni het Spaanse kampioenschap in het meer van Banyoles."

Nieuwe aanpak

De trainingen voor het open water heeft Van Rouwendaal allemaal afgewerkt in het binnenbad. Ze zwemt haar baantjes in het overdekte bad van het Duitse Magdeburg, waar ze sinds vorige zomer woont en traint bij haar nieuwe coach Bernd Berkhahn. Bij de meer wetenschappelijk ingestelde coach kwam ze terecht na haar jaren bij de Fransman Philippe Lucas, een coach die berucht is om zijn harde aanpak.
Trainen in meren of de zee heeft niet zoveel zin
Sharon van Rouwendaal
Trainen in open water doet ze niet. "Trainen in meren of de zee heeft niet zoveel zin. Dan heb je te maken met stromingen en krijg je helemaal geen goed beeld van hoe hard je zwemt. In het binnenbad kun je aan de tijden zien hoe goed het gaat. Soms doen we wel opdrachten voor het open water, bijvoorbeeld met het hoofd omhoog zwemmen. Dat is bedoeld om het oriënteren te oefenen. In een open waterrace moet je wel kunnen zien waar de boeien liggen."
Het is de bedoeling dat Van Rouwendaal enkele dagen voor de titelstrijd naar Boedapest afreist, ook om het zwemparcours in het Lupameer te verkennen. Bovendien zwemt ze een dag voor de 10 kilometer ook de 5 kilometer. "De focus zal dan wel op goed herstellen komen, maar vrijwel iedereen die de 10 doet, zwemt ook de 5. We zijn zo blij dat we in coronatijd kunnen zwemmen, we willen allemaal racen."

Langebaan

Van Rouwendaal combineert op de Olympische Spelen het open water met de langebaan. Ze plaatste zich onlangs bij kwalificatiewedstrijden in Eindhoven voor de 200 meter rugslag in Tokio. Op de spelen van Rio, waar ze goud won op de 10 kilometer, zwom ze in aanloop de 400 vrije slag op de langebaan. Dat gaat ze komende zomer niet doen.
"Het is uitgesloten dat ik op de EK nog ga proberen aan de limiet voor de 400 vrij te voldoen. Ik doe in Tokio de 200 rug en die is vijf dagen voor de 10 kilometer. Ik zwem het nummer vooral als een soort mentale wake-upcall, om erin te komen. Ik verwacht niet onmiddellijk dat ik de finale haal, maar mocht dat lukken, dan zwem ik die. Het zijn wel de Olympische Spelen."

Heb je een tip of opmerking? Stuur ons je nieuws of foto via WhatsApp of mail.