Bol onbevangen richting Tokio: 'Zelfs mijn moeder vindt het niet normaal wat ik presteer'

Bol komt op de Olympische Spelen uit op de 400 meter horden, de 4x400 meter estafette en de 4x400 meter mixed estafette. Dit seizoen reeg ze de persoonlijke en Nederlandse records aan elkaar. Maar liefst twaalf keer wist ze een record scherper te zetten.

"Echt waar? Twaalf keer? Ik wist niet dat het zo vaak was", reageert Bol bescheiden op de cijfers. "Mijn moeder zei laatst al tegen me: het is echt niet normaal wat je allemaal doet. Ja, buitengewoon, ik denk dat dat het juiste woord is."

Bol hoopt zichzelf dit seizoen in Tokio nog één keer te overtreffen. Inmiddels is de pas 21-jarige atlete de vierde snelste vrouw ooit op de 400 meter horden. En dat schept verwachtingen. "Ik wil de finale halen en mijn beste races neerzetten. De mensen kunnen niet zomaar verwachten dat ik daar zomaar even een medaille haal." Want, de drie dames die ooit nog harder gingen zijn alle drie haar tegenstanders later deze maand op de Spelen. Maar dat deert haar niet, maakt haar alleen maar sterker. "De concurrentie is ook hartstikke goed bezig. Ik vind het leuk dat het niveau zo hoog is. Ik loop gewoon mijn eigen races dat is waar ik goed in ben."

De Amerikaanse Sydney McLaughlin liep dit jaar een wereldrecord. Ze legde de lat op 51 seconden en 90 honderdsten. Daarmee is ze de grote favoriet voor Olympisch goud. Haar landgenote Dalilah Muhammad zat ook al dicht bij de 52 secondegrens met 52.16 (gelopen in 2019). En dan is er nog de Russische Yulia Pechonkina die in 2003 52.34 liep.

De beste tijd van Bol staat inmiddels op 52.37, gelopen op 4 juli in Stockholm. Onlangs liep ze zelfs een seconde van haar eigen record af. Nog een keer zomaar een seconde sneller gaan kan eigenlijk niet.

"Mijn coach maakt analyses na elke race. Daardoor ga ik telkens iets sneller. Wat me echt geholpen heeft is lopen tegen sterke concurrentes. Dat zorgt voor extra adrenaline. Mijn starts zijn al sneller, maar dan kan ik ook in het laatste deel van de race tot het uiterste gaan. Daarnaast lukt me nu om telkens vijftien passen te zetten tussen elke horde, waardoor ik steeds op mijn sterkste been uitkom."

Bol mag dan wel onbevangen zijn. Haar concurrentes hebben haar ongetwijfeld in de gaten gekregen. Of ze bang zijn voor 'Fying Femke uit Amersfoort'? "Geen idee", lacht Bol, "Ik heb ze nog nooit ontmoet."