Coach honkballers Quick vindt nieuwe competitie-opzet 'niet helemaal fair'
AMERSFOORT - De nieuwe opzet van de hoofdklasse honkbal, die komend seizoen wordt ingevoerd, is niet helemaal fair voor de clubs in de onderste helft van de ranglijst. Dat stelt coach Marlon Frolijk van het Amersfoortse Quick. Toch wil hij de opzet een kans geven.
Vroege scheiding tussen topteams en staartclubs
In het verleden speelden de acht hoofdklassers zes keer tegen elkaar. Daarna speelden de bovenste vier van de ranglijst de play-offs om de landstitel. De onderste vier speelden een degradatiecompetitie. Komend seizoen, met negen hoofdklassers, gaat die opzet drastisch op de schop.
Alle ploegen spelen drie keer tegen elkaar. Daarna gaat de top vier verder in de competitie waarin zij elkaar allemaal zes keer treffen. De onderste vijf doet hetzelfde. Van de top vier plaatsen de beste twee zich voor de play-offs. De onderste twee van die top vier spelen samen met de bovenste twee van de 'bottom-five' om de laatste twee tickets voor de play-offs.
'Niet fair'
"Het is goed dat die kans geboden wordt, maar ik heb liever een normale competitie", zegt Frolijk, die met Quick normaal gesproken in de onderste vijf gaat belanden. "En ik vind het ook niet helemaal fair."
Wij zijn een ploeg in opbouw, en dan kan je heel veel leren van spelen tegen grote ploegen
Wat Frolijk vooral een nadeel vindt is dat zijn ploeg in de nieuwe competitie-opzet te weinig wedstrijden speelt tegen de topteams. "Wij zijn een ploeg in opbouw, en dan kan je heel veel leren van spelen tegen grote ploegen." In de nieuwe opzet speelt Quick twaalf wedstrijden tegen de topteams, in de oude opzet waren dat er 24.
"En als je je dan vanuit de bottom-five plaatst voor de play-offs, sta je ineens tegenover teams van een niveau dat je niet meer gewend bent. Dat is een groot nadeel", vindt Frolijk. "Die top-vier teams hebben alleen maar tegen elkaar gespeeld, en ook als je dan wedstrijden verliest, word je daar beter van."
